Samenvatting

Klaas Cornelisz Bloothooft <V-16> is een zoon van Cornelis Claasz Bloothooft <IV-8> en Maartje Jans, watermolenaar in de Zuidschermer, genoemd 1798-1814, later timmerman in Alkmaar, RK, na 1790 gereformeerd, ged. Noordeinde (geb. onder Westgraftdijk in het Pannenhuis) 29.12.1755, overl. Alkmaar [1] 21.9.1821 [Nieuwland, wijk D no.80; get. Jan Dooren, kaasdrager wijk D no.80, gebuur, 50 jaar; Cornelis Croll, stadbode wijk B no. 372, 35 jaar]

tr. 1 Maartje Jans Visser Graft [2] 29.10.1780 [zij aangegeven door haar broer Jan Jansz Visser], geref., won. in de Schermer onder Z-Schermeer (Grootschermer), begr. Driehuizen [3] 4.2.1782. 1 kind.

Maartje overleed in het kraambed van haar eerste dochtertje Maartje. Misschien zag men het overlijden al aankomen en koos men daarom dezelfde naam voor de dochter.

tr. 2 Maartje Cornelis de Boer Graft [4][5]  22.1.1786 [Akersloot [6] impost pro deo], geref., wed. uit Akersloot, begr. Driehuizen [7] 7.1.1799. 4 kinderen.

tr. 3 Grietje Pieters de Haan Graft [8] 22.11.1800, geref., later kastelein in Alkmaar, wed., geb. Marken Binnen, overl. na 1843. 5 kinderen.

Zij is in 1843 aanwezig bij het 3e huwelijk van haar zoon Cornelis Bloothoofd <VI-17>, en wordt daar kasteleiner genoemd.

Het kerkelijk leven van Klaas Bloothooft speelt zich geheel in de gezamenlijke gereformeerde kerk van Zuidschermer (het “zwarte kerkje”) en Driehuizen af. Hij kocht rond 1782 in Driehuizen een graf en begroef er zeven van zijn tien kinderen en zijn eerste twee vrouwen. 

grafboek klaas bloothooft.jpg (98206 bytes)
Grafboek van Driehuizen
Aantekeningen van het graf van Klaas Bloothoofd

Tot 1786 wordt er bij zijn trouwen nog wel bijgeschreven dat hij rooms is maar vanaf 1790 is hij formeel lidmaat van de gereformeerde kerk in de Zuidschermer. In 1798 staat er bij dat hij in de molenbuurt aan de Westdijk woont. De laatste maal  vermelding is in 1818 en dan woont hij aan de Driehuizerweg. Mogelijk vertrok hij kort daarna naar Alkmaar waar hij in 1821 als timmerman overleed. Het graf in Driehuizen hield hij waarschijnlijk aan en het ging over op zijn zoon Cornelis want die was in 1826 nog eigenaar. Cornelis vertrok echter tussen 1826 en 1828 eerst naar Hensbroek en later naar Schellinkhout. Het graf ging tenslotte weer over op de kerk. 

Het Zwarte Kerkje aan de Zuidervaart in de Zuid Schermer, gezien naar het zuiden. De boerderijen rechts staan mogelijk aan het begin van de Bloothoofdsweg. Tekening van Hendrik Tavenier, 1792.

Referenties

[1] Alkmaar, ook begraafboek Grote Kerk Alkmaar 1800-1830, 25.9.1821 extra 3.-.- bejaarden 1.60
[2] Graft, huwelijksintekenboek voor commissarissen 1768-1789
[3] Z-N Schermer, grafboek geref. kerk Driehuizen 1686-1865, fol. 144
[4] Graft, trouwboek voor het gerecht 1774-1795,1809-1811
[5] Graft, huwelijksintekenboek voor commissarissen 1768-1789
[6] Akersloot, impost op het trouwen 1747-1775, 1781-1798
[7] Z-N Schermer, grafboek geref. kerk Driehuizen 1686-1865
[8] Graft, huwelijksintekenboek voor commissarissen 1789-1811