Molenaars van de Schermeer 1663

In 1663 verzoeken 33 van de 38 bovenmolenaars van de Schermer (dit zijn alle molenaars die niet op een poldermolen malen - hiertegen spreekt overigens de ondertekening van Hendrik Jansz Speck) om het jaarloon weer van f 80 op  f 90 te brengen. Hun namen zijn, van boven naar beneden:

1 Cornelis Jansz Waterdrincker handmerk -
2 Jacob Michielsz handmerk Middenmolen zuidkust, opgevolgd door Michiel Jacobsz [1,2]
3 Jan Cornelisz Coningh handmerk -
4 Jan Symonsz Jonge Jan handmerk -
5 Albert Thijmansz handmerk -
6 Remmel Jansen tekent -
7 Engel Cornelisz handmerk Molen zuidkust [1]
8 Claes Dircxsz Bloothooft handmerk Middenmolen zuidkust
9 Pyeter Wybransen tekent -
10 Jacob Cornelisz handmerk -
11 Jan Cornelisz Berkhout handmerk  
12 Dirck Heyndericksz tekent -
13 Jan Cornelisz Huygen handmerk -
14 Adriaen Vrericsz Admirael handmerk -
15 Jan Cornelisz Cralingen handmerk Molen zuidkust [1]
16 Jan Cornelisz Reus handmerk -
17 Jan Fijvel tekent -
18 Pieter Reyersz handmerk -
19 Jan Heyndricxsz handmerk -
20 Jacob Harmenszoon tekent Middenmolen zuidkust [1]
21 Pieter Mourisz tekent -
22 Dirck Nanningsz handmerk -
23 Heyndrick Jansz de Turk ook speck en ham ook speck handmerk Molenaer aen d noort zijt vand middelvaert halfweg nae Scemerhorn toe (1657-1667)  [3] dit is Poldermolen C of D. Mogelijk een zoon van Jan Hendriksz Spek die in 1648 molenaar was in polder F maar toen "in razernij en krankzinnigheid" verviel [4].
24 Douwen Dircksz tekent -
25 Albert Dyrcksen (Wever) tekent Middenmolen zuidkust, sterft in 1670 [6]; mogelijk een zoon van Dirck Claesz Wever, admiraal in 1656 [5]
26 Thijs Pietersz Wortel handmerk -
27 Cornelis Gerritsz tekent Middenmolen zuidkust [1]
28 Willem Janse tekent -
29 Cles Jansz Goe Claes handmerk -
30 Bauke de Gijs tekent -
31 Pieter Symonsz handmerk -
32 Jan Harcksen Butter tekent -
33 Jan Claesz Blawe Camer handmerk -

De bladzijde met handmerken en handtekeningen

Referenties

[1] Zie Claes Dircxsz Bloothooft, watermolenaar
[2] Belonje, J. (1933). De Schermeer 1633-1933, Meyer, Wormerveer. P. 31 ' we lezen hoe de molenaar MICHIEL JACOBSZ. f 12,- ontving "tersaecke van het schoonmaecken der molen daer JACOB HAESTICH molenaer tusschen Driehuijsen en de Vuijle gracht met sijn huijsvrouwe ende kinderen miserabel sijn overleden" '.
[3] Belonje, J. (1926). Iets uit de eerste jaren der bedijkte Schermer, de Navorscher 75, 218-228. Gereformeerde dopen van kinderen in de Noordschermer tussen  1651 en 1668). Hierin ook Oom Teunis Molenaer bij d Oterlijcker bruch aen d Noordtsijdt van d middelvaert nae Scermerhorn toe (1655), Maerten molenaer aen d Zuijdervaert (1657), Lambert baes in d molen achter Ursem (1657), Jan Cornelis 4 huijsen molenaer in d molen achter de hoffstede van doctor Snellius (1659-1660, kavel O 10, Noordervaart ZZ; poldermolen O), Jan Cornelisz Domp, molenaer aen d vaert (1662,1667), Klaes Maertens bij dscermerhorns molens (1665)
[4] Schilstra, J.J. (1971). Schermerland, p 107.
[5] Schilstra, J.J. (1971). Schermerland, p 111.
[6] Schilstra, J.J. (1971). Schermerland, p 114. 1670: Albert Dirksz. Wever, molenaar bij Graftdijk, is tegelijk met zijn vrouw overleden. Ze laten zes wezen achter; de diaconie kan echter niet langer steunen en ook de vrienden niet. Die vrienden zullen met 'de meeste menagie tegemoet worden gekomen'. Dat is jarenlang f 150.-.-