 |
| Handtekeningen in de
huwelijksakte van Jan de Bood en Eefje Tol |
Pieter de Bood werd ~1807 in Broek in Waterland geboren als zoon van Dirk de Bood en Geertje Keesmaat. Hij huwde op 26.4.1840 als boerenknecht met Antje Steijl (of Stijl), boerenmeid, in ~1806 in de Beemster geboren als dochter van Jan Steijl en Lijsje Schouten. Zij kregen de kinderen Dirk (15.6.1841), Lijsje (19.12.1843) en Jan (9.3.1846). Van Pieter de Bood is waarschijnlijk de medaille voor deelname aan de 6-daagse veldtocht ten de Belgen in 1830.
Willem Tol werd ~1824 in Wormer geboren als zoon van Klaas Tol, vrachtrijder, en Leentje Dinkla. Hij huwden 5.12.1847 in Purmerend met Trijntje Ruiter.
Trijntje Ruiter werd geb. Purmerend 30.3.1825 [get. Arian Postman, 47 jaar, landman, Ilpendam; Gerrit Voorn, 35 jaar, landman, Purmerland], overl. Wijde Wormer 1.12.1871 [get. Gerrit de Ruijter, veldwachter, 61 jaar, buur; Willem Bekebrede, winkelier, 35 jaar, buur], do. van Cornelis Ruiter (geb. 1775, overl. Ilpendam 9.4.1826) en Eefje Wals (geb. 1785, overl. Ilpendam 9.1.1860).
Vader Pieter de Bood overleed 31.12.1889, wonende aan de Zuiderweg wijk A, nr 174. Het gezin van Jan woonde eerst op Zuiderweg 109, maar verhuisde mogelijk na het overlijden van vader Pieter naar Zuiderweg 174. Vandaar vertrekt het gezin op 25 april 1891 naar Buiksloot, waar het eerste kind Antje op 17 maart 1893 overlijdt, en komt direct na het overlijden op 23 maart 1893 weer terug op de Zuiderweg 174 in de Beemster (bevolkingsregister Buiksloot, Beemster). Daar overleden ook vader Jan in 1895 en moeder Eefje in 1897. De kinderen Dirk (13 jaar), Trijntje (6 jaar) en Antje (3 jaar) gingen naar het weeshuis in Midden-Beemster (naast de kerk), waar ze met 8 andere kinderen en een echtpaar die het weeshuis bestierde woonden. De oudere jongens, Willem (16 jaar) en Pieter (14 jaar) werden mogelijk meteen als boerenknecht ergens ondergebracht.
Aan de kant van de familie De Bood was er geen oom of tante meer in leven die de kinderen kon opvangen. Broer Dirk overleed in 1867 op 26 jarige leeftijd, 5 maanden na zijn huwelijk. Zuster Lijsje in 1861 op 18 jarige leeftijd.
Eefje Tol had een zuster Leentje (geb. 1849), in 1869 in Landsmeer gehuwd met Marcus Vos, die tussen 1871 en 1890 11 kinderen kregen - drie jong overleden - , wisselend in Monnickendam en Landsmeer. Om dan nog meer kinderen op te nemen was waarschijnlijk niet mogelijk. Marcus Vos overleed in 1907 en toen stond Leentje er als veehoudster alleen voor. Eefje had ook een veel jongere broer Willem (geb.1868) die in 1892 in Edam huwde met Sijtje Heekelaar. Zij kregen tussen 1894 en 1898 drie zonen en een doodgeboren kind in Buiksloot, waar tussen 1891 en 1893 zuster Eefje met gezin ook woonde.
Mijn grootmoeder Antje vertelde dat het aardappels schillen in het weeshuis zo dun moest dat het schilletje niet mocht knappen als je het dubbel vouwde.
Later staat Trijntje in 1906 te boek als dienstbode in Jisp (A214) en Antje in 1908 (C323), ze verlieten het weeshuis mogelijk rond hun 15e verjaardag. Ook Dirk zit dan al als boerenknecht in Jisp maar vertrekt in 1908 naar Landsmeer (waar tante Leentje Tol woonde, en oom Marcus Vos in 1907 was overleden). Willem komt in 1898 vanuit Avenhorn in Jisp (D150) en vertrekt in 1907 naar Ilpendam, waar hij in 1908 Aagje van Vuure trouwde, waarschijnlijk in aanwezigheid van Dirk, Trijntje en Antje, maar zonder Piet, die in 1905 al naar Amerika was geëmigreerd. Willem gaat in 1908 als kruideniersbediende door naar Monnickendam maar vertrekt in 1909 naar Amsterdam waar hij uiteindelijk een eigen kruidenierszaak krijgt. Op 5 april 1917 komt Antje als dienstbode uit Beemster naar Middelie, maar gaat op 1 mei 1917 naar St-Maartensbrug.
