Trijntje verloor haar vader toen ze vijf jaar oud was, in 1846. Nadat haar moeder een paar jaar later in 1849 hertrouwde met Jan Greuter kreeg ze er met haar zuster Elisabeth de halfbroers Herman (geb. 1849), Klaas (geb. 1856), Jan (geb. 1858) en halfzuster Gerarda Greuter (geb. 1852) bij. In 1857 overleed haar jongere zuster Elisabeth en een jaar later overleed ook haar stiefvader. Ze was toen nog maar 17 jaar oud. Later vinden we haar jongere halfbroers Herman en Jan (één keer) terug bij geboortes en overlijdens van haar kinderen.

De namen van de vader(s) van haar kinderen weten we niet. Was ze een vrouw van lichte zeden of wilde de vader niet erkennen? Het komt meer voor in de naaste famile. Haar neef Pieter Bloothoofd <VIII-8> erkende het kind dat hij van Grietje Franken had ook pas bij het huwelijk twee jaar later. Bij de getuigen vinden we naast Trijntje’s halfbroers geen regelmatig terugkerende naam die op de laatste mogelijkheid zou kunnen duiden.

Het eerste kind, Elisabeth, werd in de Schoolsteeg geboren. Dat was het huis van haar moeder. Haar zuster Elisabeth overleed er eerder in 1857 als dertienjarige. Trijntje heeft in 1864 haar eerste kind dus naar haar overleden zusje vernoemd. Haar tweede zoon Pieter, werd in 1867 naar haar grootvader vernoemd. Deze was toen nog in leven en overleed in 1871. Samen met de naam Jan van haar vader, verwijzen alle namen van kinderen naar haar naaste familie aan Bloothoofdzijde.

Na het ouderlijk huis woonde ze nog op een aantal andere lokaties in Monnickendam (Smidsteeg, Zarken, Nieuwzijdsbrugwal) . Ze verkeerde in een milieu van werk- en ambachtslieden, vooral zeilmakers en touwslagers, het beroep van haar halfbroers Jan en Klaas Greuter.

Kaart van Monnickendam met de Schoolstraat en Zarken waar Trijntje Bloothoofd woonde. De Smidsteeg ligt één straat noordelijk van de Schoolstraat.

Het centrum van Monnickendam met speeltoren en waag, begin 20e eeuw