startpagina | voor de bouw | de bouw | Smitt | 1915-1928 | Woittiez | jaren 70 | recent | renovaties

Instrumentenfabriek H.M. Smitt

Hermanus Mattheus Smitt werd op 27 januari 1876 in Amersfoort geboren als zoon van de Directeur van het postkantoor. Hij kreeg zijn opleiding aan de Leidse Instrumentmakersschool. Hij begon in 1902 voor zichzelf in Utrecht in een sousterrain op of nabij de Alexander Numankade. In 1911 huwde hij in Hoogland Johanna Geertruida Wijnanda Odilia te Hennepe, waarmee hij 1912 een dochter Hermanna Cornelia Johanna (Manna Smitt, ook Micha Landt, schilderes) kreeg. In 1914 kocht hij voor zijn eerste fabriekje in Bilthoven een stuk grond met boomgaard, het was het terrein tussen de Leijense weg, Kruislaan (huidige Spoorlaan en Koppellaan) en Middellaan. Vanuit de Middellaan gezien kwam de fabriek rechtsachter te staan, met de woning aan de Kruislaan (thans Koppellaan 2). In de fabriek werkten in de begintijd 7 mannen en 3 vrouwen.

In 1925 ontwikkelt Smitt op verzoek van het GEB in Amsterdam een speciaal tijd-relais (stroomschakelaar). Dat deed hij succesvol en met de productie verwierf het bedrijf grote bekendheid (een later hoogtepunt waren relais voor de 'slurven' van Schiphol). In 1928 bouwt Smitt een nieuwe woning aan Middellaan 5 en verkoopt zijn oude huis.

De zaken van Smitt gaan in de loop der jaren wat minder. Hij was meer een uitvinder (van ook een getijdemeter en een zelfregistrerende peilschaal, hij had diverse octrooien) dan een zakenman. In 1947 treedt hij uit het bedrijf en verkoopt het aan Inventum, maar het bedrijf blijft als zelfstandige dochteronderneming (N.V.) bestaan. Hij vertrekt naar Laren, de woning aan de Middellaan 5 gaat over op Zijlstra. Op 12 december 1951 overlijdt hij. Zijn vrouw is J.G.W.O. Smitt - te Hennepe, Amersfoortseweg 15, Naarden.

25 jarig jubileum van de heer Harms, bedrijfsleider bij Smitt. Achter de bloemen het echtpaar Harms met twee kinderen. Links daarvan de heer Smitt, erachter mevr. Smitt, rechts Zijlstra.

Fotoarchief Historische Kring De Bilt




De entree van de fabriek


1947, de heren C. v. Putten en F. Bronsing van Inventum en R.J. Schaap, procuratiehouder, lopen het terrein van Smitt op.

1947, de heer Olland

1947, de heer v. Putten met drie dames van de 'voedselcommissie'

In 1948/1949 wordt de fabriek vergroot. Aan de achterzijde en zijwaarts werd bijgebouwd, inclusief een lange schoorsteen. In die ruimte kwam de montageafdeling. Dat betekende een metershoge muur vlak achter de woningen aan de Spoorlaan. In 1954/1955 kwam er grote nieuwbouw links op het terrein, maar toch maar de helft die oorspronkelijk was gepland. De gemeente lag namelijk dwars en eiste een strook grond ten behoeve van de school aan de Leyenseweg (gebouwd in 1919). Ook de buurt had bezwaren in verband met het voortdurend gedreun van de automatische stamperij (stansmachines). Niettemin stond het bedrijf bekend als tamelijk schoon en rustig. Met de nieuwbouw verdween in 1954 een van de weinige natuurvijvers in de gemeente, deze werd gedempt.

In 1959 werd de woning aan de Middellaan 5 (tot dan bewoond door het gezin Zijlstra) ingericht als administratie en kantoor voor de nieuwe directeur. De fabriek kampt voortdurend met ruimtegebrek en daarom werd ook gebruik gemaakt van leegstaande panden aan de overzijde van de Middellaan. Een achter het huis van Huiting gelegen werkplaatsje (voorheen pottenbakkerij) werd opslagruimte met een klimaatregelaar voor geraadstaande producten. De leegstaande kruidenierswinkel van Van Spankeren op de hoek Middellaan - Leyenseweg werd ook in gebruik genomen. Daar kwamen een ontvangstruimte en een laboratorium.

1961, jaarbeurs, de heer Zijlstra

1961, jaarbeurs, de heer Sauer

1947, jaarbeursstand

In 1981 gaat Inventum over in andere handen, Smitt gaat mee in dezelfde holding en komt bij de werkmaatschappij Nieaf (Nederlandse Instrumenten En Apparaten Fabriek). In 1984 verhuist de productie naar Utrecht (http://www.nieaf-smitt.nl/). [Bron: dossier Smitt, Historische Kring D'Oude School, de Bilt]

De grond en de gebouwen worden in 1984 gekocht door projectontwikkelaar G.W. Van de Grift uit Soest, die later ook de MAVO school ernaast verwerft. Van der Grift wil er woningen bouwen, maar de gemeente denkt aan een industriële bestemming. Pas in 1995 komt er een bestemmingswijziging naar woondoeleinden. Daarna kan Van de Grift in 1996 en 1997 de nieuwbouw realiseren. Inmiddels is de MAVO school afgebrand en zijn er krakers in de fabrieksgebouwen getrokken. Ook blijkt de grond door een lekkende olietank en anderszins door de fabriek ernstig vervuild met zware metalen. Het terrein wordt gesaneerd en de krakers vertrekken 1 april 1997. Ook is er nog een erfgrensconflictje met de toenmalige eigenaar van Koppellaan 2.